Vriend of vijand H.6

Wie zorgt er voor de kinderen?

De massale uittocht van vrouwen uit huis en haard is volgens Sue Palmer een onherroepelijk feit. Als gevolg van de culturele revolutie werkt nu tussen de 40% en 80% van de vrouwen buitenshuis. En dat worden er alleen maar meer. Maar juist toen vrouwen heel hard het huis uitrenden ontdekten wetenschappers hun essentiële bijdrage aan de vorming van het kind tot evenwichtige volwassene. Een typisch geval van "You don't know what you've got, until it's gone."

Wat ontdekten ze dan?

Juist in de eerste drie levensjaren worden cruciale verbindingen in de hersenen gelegd. Die verbindingen liggen vooral in hersengebieden die belangrijk zijn voor concentratie, plannen, zelfbeheersing en empathie. Eén-op-éen-zorg is daarbij een belangrijk element.

Vanwege deze kwetsbaarheid, vraagt Sue Palmer zich daarom af: "Wie zorgt er voor de kinderen?'.

Je kunt deze vraag beantwoorden vanuit twee verschillende perspectieven

het perspectief van het kind: wat heeft een kind nodig?

politieke en economische perspectieven: wat hebben de ouders en de werkgevers nodig.

Volgens Sue Palmer neemt het beste antwoord op de vraag "Wie zorgt ervoor de kinderen?" beide perspectieven in overweging.

Kinderopvang wereldwijd: gekwalificeerde zorg en babysitten

Wereldwijd constateert Sue Palmer dat landen met een lange traditie met 'werkende' moeders het belang van het kind en de politieke en economische perspectieven het beste combineren. Landen waarin traditioneel een Moederschapsideologie heerst(e), maken er echter een potje van: de kinderopvang is rommelig en wisselend van kwaliteit. Sue Palmer vindt het opvallend dat juist de economisch meest succesvolle landen slecht georganiseerde kinderopvang hebben, namelijk VS, Japan, Dl en Engeland. Voor de politici van de Grote Vier ligt de prioriteit w.b. kinderopvang duidelijk bij de werkgevers en werknemers.

Duh.

Volgens Sue Palmer moet kinderopvang van goede kwaliteit zijn, en niet worden gezien als iets wat iedereen wel kan. Hoe beter gekwalificeerd de persoon die je kind opvangt hoe beter. Weinig nieuws onder de zon eigenlijk.

Oost, West, Thuis Best, Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens, Eigen haard is goud waard

In het algemeen geldt volgens Sue Palmer: Oost, west, thuis best. De eerste anderhalf jaar van zijn leven kan het kind het best worden verzorgd door zijn beide ouders thuis. Deze visie wordt ondersteund door neurologisch onderzoek: Liefdevolle 1-op-1-verzorging is de sleutel tot het ontstaan van gelukkige, evenwichtige volwassenen. Pas vanaf hun derde profiteren kinderen van perioden buitenshuis!

Kinderopvang ≠ babysitten

Wanneer kinderopvang toch nodig is, vanwege financiën en persoonlijke depressie* omdat je helemaal niet goed wordt van hele dagen bij je kind zijn, dan is hoge kwaliteit cruciaal. En hoe jonger het kind, hoe belangrijker dat de kwaliteit goed is. Sue Palmer benadrukt dat veel politici schijnen te denken dat kinderopvang hetzelfde is als babysitten, maar kinderopvang vraagt om expertise. Er zijn aanwijzingen dat opvang negatieve gevolgen heeft voor de emotionele ontwikkeling. Helaas is daar weinig onderzoek naar gedaan omdat dit moeilijk te meten is. W.b. cognitieve ontwikkeling lijkt kinderopvang geen schadelijke consequenties te hebben. Maar kinderexpert Penelope Leach waarschuwt: cognitieve achterstand kun je inhalen, maar emotionele achterstand niet.

Interessant: Het Broeikaskind!

In de jaren 80 van de vorige eeuw bleek in een beroemd neurowetenschappelijk experiment dat ratten die gestimuleerd werden zich beter ontwikkelden dan ratten die aan hun lot werden overgelaten. Dit leidde tot het Broeikaskind! Ambitieuze ouders probeerden hun kinderen zoveel mogelijk te stimuleren om zo hun ontwikkeling te verbeteren en te versnellen.
In de VS zijn peuterspeelzalen en crèches waar 2-en 3-jarigen cursussen krijgen in taal, wiskunde, logica en muziek. Ondertussen is alweer gebleken dat zoveel druk eerder schaadt dan baat.

Persoonlijke overdenking

Ik vond dit het minst boeiende hoofdstuk tot dusver. Sue Palmer vertelt weinig nieuws. Wel vernieuwend vind ik de stelligheid van haar uitspraak dat kinderen jonger dan 3 thuis het beste af zijn.

Een mooi Nederlands voorbeeld van de denkwijze kinderopvang=babysitten, demonstreerde staatssecretaris van Hoof in 2005 met zijn voorstel gewoon bijstandsmoeders voor naschoolse opvang te laten zorgen. Hij kreeg een storm van kritiek over zich heen, met o.a. het argument dat het hier om gekwalificeerd werk gaat. Die kritiek klinkt dus hoopgevend, maar het overheidsbeleid blijft erop gericht kinderen zoveel mogelijk de opvang in te krijgen, en vrouwen het huis uit. Allemaal in de naam van economische zelfstandigheid en emancipatie van de vrouw.

Ondertussen gaan er natuurlijk veel geluiden op dat de kwaliteit van kinderopvang heel belangrijk is, zoals ook Sue Palmer stelt. Maar mij trof vooral haar stellige overtuiging dat voor de eerste anderhalf jaar van het leven van je kind "Oost, west, thuis best." geldt!

Handig zijn de uitgebreide checklijsten achter in het hoofdstuk, waar je als ouder precies kunt zien waar goede kinderopvang aan moet voldoen.

*Persoonlijke depressie: net als in het vorige hoofdstuk We are family benoemt Sue Palmer dat de zorg en opvoeding van kinderen menig ouder zwaar valt. Haar verklaring is dat dit komt omdat we in een snelle wereld leven, en opvoeding en zorg kun je nu eenmaal niet snel doen. Hierdoor bezwijkt menig ouder bijna onder de verveling van de trage wereld van het leven met een kind.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *